Gezinscoaches Kansrijk opgroeien: ‘Wij planten zaadjes, in de hoop dat die gaan ontkiemen’

datum

meer informatie

Annouchka Ringers-Straatsma

e-mailadres

kansrijkopgroeien@coevorden.nl

categorie

Leerervaring

Sonja Velthuis (links) en Janke de Haan.

Het is vandaag, 15 mei, de Internationale Dag van het Gezin. Een uitgelezen moment om stil te staan bij het werk van de gezinscoaches in de gemeente Coevorden. Sonja Velthuis en Janke de Haan vervullen die niet altijd gemakkelijke rol. Dat doen zij vanuit Maatschappelijk Welzijn Coevorden binnen het programma Kansrijk opgroeien. Sonja: “De problematiek van de doelgroep is complex. Maar ik zeg altijd: ‘Je kunt het én je bent het waard’.”

De beide gezinscoaches ondersteunen sinds 2019 een aantal gezinnen waar generatiearmoede speelt. Het gaat om intensieve en langdurige begeleiding. De vertrouwensband die daardoor ontstaat helpt om vaak hardnekkige patronen aan te kunnen pakken. Patronen die meestal vertrouwd aanvoelen. Ondanks dat het vaak een worsteling en een kwestie van lange adem is, worden er toch stappen gezet. Met uiteindelijk als doel om generatiearmoede te voorkomen en doorbreken.

Armoede of welzijn?

Zodra het woord armoede valt, kijkt Sonja bedenkelijk. “Gaat het wel alleen om armoede?”, vraagt ze zich hardop af. “Wat ons betreft gaat het om welzijn. Of eigenlijk om welzijnsbeleving. Maar juist die beleving is zo moeilijk te meten. Veel mensen geven hun situatie niet eens zo’n slecht cijfer. Wij proberen inzicht te geven in patronen. Van daaruit moet het besef komen dat het anders kan. Zo hopen we patronen te doorbreken, voor een hogere welzijnsbeleving.”

Niet eenvoudig

Janke: “Doordat er commitment is voor een langdurig traject, is het soms 2 stappen vooruit en soms 3 terug, of 4. Het verschil met de reguliere hulpverlening is dat wij blijven, dat we naast de mensen blijven lopen. Ook als het minder gaat en ze in oude patronen vallen. Vanuit het vertrouwen dat er is tussen het gezin en de gezinscoach kunnen we veelal in contact blijven.”

Het zijn geen eenvoudige trajecten. “Wij vragen nogal wat van gezinnen”, weet Sonja maar al te goed. “Wij zijn vaak meerdere uren per week en meerdere jaren in de gezinnen aanwezig. Gezinnen moeten mee willen werken en naar zichzelf willen kijken. Natuurlijk weet ik niet altijd een oplossing, maar het is belangrijk in gesprek te gaan en blijven.”

Janke vervolgt: “We pakken gezinnen daarom ook samen op en hebben onderling veel contact. Omdat je intensief betrokken bent, is het goed om ook tijd te nemen om samen te sparren. Of om juist even stoom af te blazen.”
Eerlijk vertellen ze ook dat een traject soms vroegtijdig wordt beëindigd. Bijvoorbeeld door weerstand vanuit het gezin. Of als er psychiatrische problematiek speelt.

Successen

Maar er zijn ook successen te melden. Sonja begeleidt op dit moment vier gezinnen, waar ze in totaal zo’n 8 uur per week in steekt. Met name in een van die gezinnen zijn mooie stappen gezet. Vooral op het gebied van scholing, wat vaak de sleutel blijkt. “Het is de moeder gelukt om een opleiding af te ronden. Ze gaat nu beginnen aan een vervolgopleiding. Haar letterlijke woorden: ‘Door steeds naar de opleiding te blijven gaan, heb ik het licht gezien en weet ik dat het best wel meevalt om een opleiding te volgen. Ik hoorde erbij en snapte gewoon waar het over ging’. Hoe mooi is dat”, stelt Sonja. Mooi is ook dat kinderen hun ouders als voorbeeld gaan zien. Zo stopte een van de kinderen steeds met school. Tot hij het goede voorbeeld van zijn moeder zag.

Tegelijkertijd merkt ze dat bepaalde patronen hardnekkig zijn. “De maximale studielening wordt bijvoorbeeld aangesproken, terwijl dat financieel gezien niet nodig is. De blik vooruit is er nog te weinig. Als je het over 5 jaar later hebt, dan is de reactie: ‘Ach, dat zien we dan wel weer’.”

Problematiek divers

De problematiek waarmee de gezinnen kampen is verschillend. Denk aan kinderen die niet naar school willen, getouwtrek tussen gescheiden ouders, gevechten met regels en voorzieningen, geen hulp willen vragen. “Wij zijn er ter ondersteuning. Wij staan naast de ouders en proberen de ouders in hun kracht te zetten.” Het helpt volgens Sonja dat Janke en zij wat ouder zijn. “De gezinnen zien ons daardoor meer als het moeder- en misschien zelfs het oma-type. Dat werkt in ons voordeel.”
Beide gezinscoaches stimuleren ouders om afspraken na te komen. En ze geven hen mee nooit hun kop in het zand te steken. “Bij bijvoorbeeld betalingsproblematiek gaan we bellen. Niet wij, maar vader of moeder. Vooraf bereiden we samen het gesprek goed voor. We kijken welke afbetalingsregeling reëel is.”

Niet met het vingertje wijzen

Wat ze vooral niet doen is met het vingertje wijzen. “Dat heeft totaal geen zin. Vooral als het schuurt met de wet- en regelgeving. We geven wel aan: pas op. Maar hoe harder wij roepen dat iets niet kan of mag, hoe sneller de deur voor ons wordt dichtgegooid. Dat maakt het wel eens ingewikkeld. Soms is het een puzzel om de juiste weg daarin te vinden.”

Af en toe is de hulp van de gezinscoaches ook gewoon faciliterend. Samen een kamertje schilderen om daar rustig te kunnen studeren, een bureautje kopen, Nederlandse taalles regelen, een fiets kopen. Het komt ook voor dat de gezinscoaches een boekje lezen met de kinderen of hen helpen bij hun huiswerk. Want ook dat helpt bij het opbouwen van een vertrouwensrelatie. “Kortom, wij planten als gezinscoaches zaadjes, in de hoop dat die gaan ontkiemen.”

Meer weten over het programma Kansrijk opgroeien? Neem eens een kijkje op deze website.